‘Laat de hoop die je hebt, je blij maken. Houd vol onder moeilijkheden. Volhard in gebed’ (Romeinen 12:12, Nieuwewereldvertaling).

 ‘Verblijd u in de hoop. Wees geduldig in de verdrukking. Volhard in het gebed’ (Romeinen 12:12, Herziene Statenvertaling).

 In dit vers geeft Paulus de christenen in Rome drie suggesties om ze te helpen God trouw te blijven ondanks vervolging en andere moeilijkheden.

 ‘Laat de hoop die je hebt, je blij maken.’ Christenen hebben de geweldige hoop eeuwig te leven, in sommige gevallen in de hemel en in de meeste gevallen in een paradijs op aarde (Psalm 37:29; Johannes 3:16; Openbaring 14:1-4; 21:3, 4). Ze hopen ook mee te maken dat Gods Koninkrijk a alle problemen oplost die zo veel lijden veroorzaken (Daniël 2:44; Mattheüs 6:10). Gods aanbidders kunnen zelfs als ze moeilijkheden doorstaan blij zijn, omdat ze zeker weten dat wat ze hopen zal gebeuren en dat ze Gods goedkeuring krijgen als ze volharden (Mattheüs 5:11, 12; Romeinen 5:3-5).

 ‘Houd vol onder moeilijkheden.’ Het Griekse werkwoord voor volhouden wordt in de Bijbel vaak gebruikt in de betekenis ‘blijven in plaats van vluchten’, ‘standhouden’, ‘standvastig blijven’. Volgelingen van Christus zijn ‘geen deel van de wereld’. b Ze weten daarom dat ze vervolgd zullen worden en moeten volharden (Johannes 15:18-20; 2 Timotheüs 3:12). Als een christen God standvastig dient ook al moet hij beproevingen doorstaan, groeit zijn overtuiging dat God hem uiteindelijk zal belonen (Mattheüs 24:13). En die sterke overtuiging stelt hem in staat moeilijkheden met geduld en vreugde te doorstaan (Kolossenzen 1:11).

 ‘Volhard in gebed.’ Om God trouw te blijven moeten christenen blijven bidden. Daartoe worden ze vaak aangemoedigd (Lukas 11:9; 18:1). Ze vragen God altijd om leiding en vertrouwen op elk terrein van het leven op hem (Kolossenzen 4:2; 1 Thessalonicenzen 5:17). Ze zijn ervan overtuigd dat God hun gebeden zal verhoren omdat ze zich aan zijn geboden houden en proberen te doen wat hij goedvindt (1 Johannes 3:22; 5:14). Ze weten ook dat als ze volharden in gebed, God ze de kracht zal geven die ze nodig hebben om ongeacht de beproeving trouw te blijven (Filippenzen 4:13).

 Paulus schreef zijn brief aan de christenen in Rome rond het jaar 56. In hoofdstuk 12 van zijn brief laat hij zien hoe je christelijke eigenschappen kunt ontwikkelen, hoe je met geloofsgenoten en anderen moet omgaan en hoe je moet reageren als je wordt vervolgd (Romeinen 12:9-21). Zijn adviezen kwamen voor de christenen in Rome op het juiste moment, want ze zouden al gauw met hevige tegenstand te maken krijgen.

 Een paar jaar later, in 64, werd Rome door een grote brand deels in de as gelegd. Het gerucht ging dat keizer Nero ervoor verantwoordelijk was. Volgens de Romeinse historicus Tacitus probeerde Nero uit zelfbescherming de schuld op de christenen af te schuiven. Kennelijk heeft dat geleid tot een grote golf van christenvervolging. Paulus’ advies over volharding tijdens vervolging hielp ze om die moeilijke tijd met geloof en waardigheid door te komen (1 Thessalonicenzen 5:15; 1 Petrus 3:9). Aanbidders van God in deze tijd kunnen veel van hun voorbeeld leren.

 Bekijk deze korte video om een overzicht te krijgen van het boek Romeinen.